CORSICA - MEI 2018
We hadden al einde 2017 ingeschreven voor een 7-daagse rondreis op Corsica bij busmaatschappij Lauwers. Dit was de eerste keer dat wij totaal niets moesten voorbereiden voor een reis. De dag voor vertrek werden de koffers gepakt, maar leefde nog steeds de verwondering van het onbekende dat komen zou.
Corsica bezoeken was al bijna twintig jaar een droom. Reden is dat de grootvader van Frank jarenlang op Corsica heeft verbleven. Een man die hij eigenlijk nooit in levende lijve gezien heeft. Alleen ijn zoon, nonkel Guido, had ooit contact toen ik nog zeer klein was. In de Plankenbergstraat te Deurne.
Corsica heeft twee departementen: Haut Corse en La Corse-du-Sud.
Corsica bezoeken was al bijna twintig jaar een droom. Reden is dat de grootvader van Frank jarenlang op Corsica heeft verbleven. Een man die hij eigenlijk nooit in levende lijve gezien heeft. Alleen ijn zoon, nonkel Guido, had ooit contact toen ik nog zeer klein was. In de Plankenbergstraat te Deurne.
Corsica heeft twee departementen: Haut Corse en La Corse-du-Sud.
Dag 1 - Zaterdag 19 mei 2018
Voor ons betekende dit de eerste dag van de reis, terwijl die gans de dag bezet werd door ons te verplaatsen. Eerst naar de luchthaven. We hadden beslist om onze auto voor de deur te laten staan en de trein te nemen. Omdat wegens werken de Diabolo verbinding tijdens het weekend niet actief was, reden we om langs Brussel Noord. |
|
|
We dachten beter een uurtje te vroeg dan een minuut te laat. Gevolg: Veel te vroeg. Meeting Point was de winkel van Samsonite tegenover de rijen 34-35voor incheck. |
Onze reisleider Eric Bloemen was stipt op tijd en dat kon je ook zeggen van onze reisgenoten. We konden direct inchecken. Nieuw was nu dat je gewoon je paspoort afgaf aan de balie, samen met de koffers. De rest liep vanzelf. |
|
|
Tijdens de instap op het vliegtuig (15.15 uur) nam ik de beide Humo's die we meenamen uit de rugzak en stak die onmiddellijk in het netje aan de achterkant van de zitjes voor ons. Mireille had dat niet bemerkt. Voor haar zag ze na een tijdje plotseling de gele kleur van de cover en het logo van Humo. "Hé zei ze verbaasd, nog een Humo. " Ze was wel teleurgesteld want het was dezelfde dan ze al had. Toen keek ze naar mij en viel haar frank zoals we zeggen. Hilarisch gelach van ons allebei. |
Het vliegen naar Bastia duurde maar anderhalf uur en al snel zagen we dan ook het noorden van Corsica uit het raam. Na de landing reden we naar ons hotel "Chez Walter" Door het raam zagen we de eerste bergen. |
|
|
Bij Chez Walter waaide een kustkenner de scepter. Mooie schilderijen, prachtige beelden en originele voorwerpen. |
De eerste kennismakingen tijdens het avondmaal waren hartelijk en een beetje aftastend. Nog even buiten genieten van de eerste nacht en dan vroeg naar bed. Pee koppel ontvingen we het telefoonnummer van de reisleider. |
|
Dag 2 - Zondag 20 mei 2018
|
Om overzichtelijk te zijn even een kaart van Corsica en onze wegroute rondom het eiland. Corsica was om en om bezit van de Italiaanse steden Pisa en Genua en later kwam Frankrijk opdagen. Vandaar dat Corsicanen zich uniek voelen en niet bij één van de groepen horen die hier ooit de macht hadden. |
Vrij vroeg uit de veren en fit, zoals het alle ochtenden zal worden, op de baan. Vandaag rijden we van Bastia naar Calvi, langs de westkust van Cap Corse (de dikke duim) die we kruisen richting oostkust over Rogliano, Canari en l'Ile Rousse. |
|
|
Onze eerste stop was in Erbalunga.Van ver zagen we de kerk al staan in een typisch Corsicaanse omgeving, amper 10 Km voorbij Bastia. Erbalunga was in de middeleeuwen de belangrijkste haven van Corsica olv de familie Gentile. Later werd door de Genuezen de stad Bastia meer opgebouwd als haven. Veel schilders hebben hier de omgeving op canvas vastgelegd. |
Werd ook ineens onze eerste uitstap. Wandelen in de vroege zon. |
|
|
De Genuezen hebben duidelijk hun sporen achtergelaten op Corsica. Naast de versterkte steden, die de havens moesten verdedigen, hebben ze 67 torens aan het begin van de 16e eeuw rond het eiland gebouwd. Je vindt deze torens aan de hele rand van het eiland. De Genuese torens zijn bedoeld om piraten te zien aankomen en in sommige gevallen gebruikte de bewoners van de kustplaatsen de torens als schuilplaats. De vorm van de torens is vierkant of rond. Qua grootte variëren ze enorm. Hier in Erbalunga zagen we de eerste. |
Ook de kennismaking met een eerste zicht over de baai met haar haven was adembenemend. |
|
|
We wandelden verder naar de haven. Onze gids verteld over de geschiedenis van Corsica. ( Genua, Pisa en Frankrijk) |
Prachtige oostkust met vrij onmiddellijk het berglandschap. |
|
|
Voor het eerst zagen we ook de officiële vlag van Corsica. De vlag van Corsica bestaat uit een witte achtergrond met daarop het hoofd van een Moorse man. Deze vlag is zowel de officiële vlag van de regio Corsica als van de departementen Haute-Corse en Corse-du-Sud. In het Corsicaans wordt de vlag " A bandera testa mora" genoemd. (De vlag met het Morenhoofd) |
Na Erbalunga volgden we de oostkust verder naar het noorden. Men had ons bij voorbaat verteld dat de kustweg rondom Corsica een zeer egvaaerlijke weg was. Smal en met veel bochten. We waren nog maar net voorbij Erbalunga of we zagen een ongeval waarbij een moto zijn bocht miste en volop reed op een tegenliggende camionette. |
|
|
Ter hoogte van Santa Severa verlieten we de oostkust en reden we dwars door de muis van de Coriscaanse duim in het noorden. Tijdens de rit tot in Punti reden we door de zeer groene zone die we al vanuit het vliegtuig hadden gezien. Struikgewas van 0.5 tot 5 meter hoogte. Van alles door elkaar. Onze gids vertelde over de Maquis. Een naam die het groene "woud" kreeg omdat in het verleden heel wat criminelen zich verstopten onder het groen nadat zij een misdaad hadden begaan. In de middeleeuwen verborgen zich hele legers. Maquis = verbergen, daarom dacht ik aan de afgeleide zoals maquillage en masker.
|
Onderweg werden we geconfronteerd met een zeer rotsachtige kust. In Nonza stopten we voor de lunch. Pittoresk dorpje. |
|
|
Daarna werd het nog een flinke rit langs de westkust tot in Calvi. We zagen onderweg een uitzonderlijke Genuese toren met een vierkant contour. |
In Punti stond bovenop een col een kerk eenzaam langs de weg ter ere van Santa Lucia. Het kon daarboven blijkbaar flink stormen. Was dat primitief kleine gebouw een woning of enkel een stal of zo? |
|
|
Na een sanitaire pauze in "La tour Genoise" ook nog een korte rondwandeling. De bewoners bleken echte levensgenieters. |
Terug op de bus kregen we als opdracht om uit te kijken naar de Moeflon. Degene die als eerste het dier kon spotten zou beloond worden. Pech, enkel gespot op postkaarten en Internet. Achteraf vernamen we dat ze enkel rondliepen in het uiterste zuiden. |
|
|
De Maquis bleef overwegen, maar her en der prachtige gebouwen en een grandioos uitzicht over de kustlijn. |
En dat bleef maar verrassen. Zelfs een klein dorp midden de groene oase. Waar halen die hun mosterd? |
|
|
De weg werd meer en meer vervaarlijk. Op sommige plaatsen werd het millimeter werk om de rotsen niet te raken. |
Kijk maar even naar deze film. Lijkt wel een helikoptervlucht. |
|
|
Nonza was enerzijds bijzonder omwille van de legende dat hier de Heilige Sainte-Julie veroordeeld werd voor haar rebellie en ze met haar borsten tegen de rotsen werd geslagen. Opdat men naar haar zou luisteren verkleedde zij zich als mannelijke soldaat. Vandaar dat haar borsten werden afgeslagen. Een bloedige marteldood. |
Het plaatselijk cafeetje was zeer aantrekkelijk. |
|
|
Anderzijds zeer bijzonder omwille van de lokale stranden die zwart gekleurd werden door het afvalwater van de asbestfabriek, die ondertussen gesloten werd. Op stoffige dagen moet het voor vele inwoners dodelijk geworden zijn. Men zegt dat door het hoge dodencijfer nadat de fabriek reeds jaren actief was, men ontdekte dat asbeststof longvlieskanker veroorzaakte. Wereldwijd werd het gebruik van asbest, ook als toevoegstof, verboden. Wereldwijd moeten bij afbraak nog miljoenen tonnen bouwmateriaal met asbest in gesorteerd worden. Jongeren maken vandaag figuren op het strand met witte keien. |
Niet veel verder kwamen we aan in het mondaine Saint-Florent. Het Knokke van Corsica. Daar wachtten leuke mensen ons op voor de lunch. |
|
|
We arriveerden zo wat 20 minuten te vroeg en hadden nog wat tijd om de directe omgeving te verkennen. |
Na de lunch reden we verder naar Calvi. Daarvoor moesten we door het beschermde gebied "Désert des Agriates" . Constant heel dicht stuikgewas en ook de woestijn van Corsica genoemd. |
|
|
We hielden halt om l'Ile Rousse te bezoeken. We zagen het al van in de verte op de flanken en aan de kust liggen. |
Een zeer pittoresk haven dorpje. Eer aan de gesneuvelde soldaten en aan Pasquale de Paoli. |
|
|
Elke voormiddag hield men centraal een markt onder de stenen luifel. |
Wat verder ook weer petanque en een winkel van onze kleindochter Lily. |
|
|
Centraal ook het treinstation. Corsica kent maar enkele treinroutes. Allen met maar één spoor. Daarom dat om de paar kilometer er een passeer mogelijkheid werd gecreëerd om tegenliggers door te laten. |
Ons moeke, model bij haar Jeep. |
|
|
Next stop Calvi, met onmiddellijke incheck in hotel Méditerranée. |
Voor de liefhebbers was er nog een wandeling voorzien naar het centrum van Calvi met daar ook een prachtig beeld voor de gesneuvelden, maar meer nog een ode aan Chrstoffel Colombus. Men beweert dat hij hier is geboren. Dat wordt echter sterk in vraag gezet. |
|
|
Daarna een pittige klim tot aan de citadel. Een citadel is een versterking die een vestingstad domineert en zelfstandig verdedigbaar is. Binnen de muren leefden dus de eerste inwoners van Calvi. |
De top was groen begroeid, maar je zag duidelijk de omwalling en de wachttorens. |
|
|
Het zicht in de verte was prachtig en duidelijk dat voor de citadel een locatie werd gekozen om vijandige schepen tijdig waar te nemen. |
We daalden terug af door wat de eerste uitbreiding van de citadel zal geweest zijn. Authentieke gebouwen stralen geschiedenis uit. |
|
|
Wat voor die tijd een kathedraal genoemd werd, was een bezoek waard. Saint Jean Baptiste. Een zwarte Christus. Reden zou zijn dat het beed gemaakt werd uit een stuk drijfhout dat door en door zwart was. |
We daalden verder af door nauwe steegjes en trapstraatjes tussen de dichte bebouwing van deze vesting door. We passeerden de ruïne van het huis waar Columbus zou geboren zijn. |
|
|
Bijna beneden troffen we nog een omgeving met terras. Sorry! Gewoonweg prachtig om uren te blijven staan. |
Stond daar toch voor mij speciaal een Goldwing te wachten zeker. |
|
|
Vooraleer aan te schuiven in het open restaurant, wandelden we nog even door de winkelstraatjes. |
De rest van de avond waren we vrij en was het leuk in het moderne hotel met terras. |
|
Dag 3 - Maandag 21 mei 2018
|
Vandaag bezoeken we Porto en nog enkele andere kleinere plaatsen op onze rit naar Ajaccio. Het is wat regenachtig langs de westkant. Alle groen op de geërodeerde flanken binnen de Balanga regio vormen een prachtige tuin. |
Onze eerste stop is op de Col de Palmarella. Prachtig zicht op het berglandschap .... |
|
|
... en in de verte de zee met een kustlijn vol baaien |
Zalig daar te mogen staan. |
|
|
Chauffeur Vincent drong aan terug op te stappen. We moesten nog heel wat kilometers bollen. |
Plotseling allemaal geiten langs de weg. |
|
|
Eerst even hoog de bergen in ... |
... om dan met zicht op de baai van Porto stilaan af te dalen. De typisch rode gesteenten waren duidelijk zichtbaar langs de weg. |
|
|
Oeps. Bocht gemist! Ligt hier blijkbaar al een tijdje. |
Bij het binnenrijden van Porto viel ons oog op de zoveelste Genuese toren. Deze was wel nog in een zeer goede staat. |
|
|
De bus stopt aan hotel-restaurant "La Vaïta" voor de lunch. De groep komt goed overeen. |
Na het dessert een eerste Pietra gedronken. Biera Pietra (in het Corsisaans Birra Pietra) is een mooi amber gekleurd biertje met een licht bittere en hoppige smaak. Het bier wordt gebrouwen in de Pietra brouwerij in Furiani op Corsica. Bijzonder is dat een van de ingrediënten van het bier kastanjes (châtaigne) zijn die groeien op het eiland Corsica. Uniek en zalig. |
|
|
We daalden af voor een boottrip langs de kustlijn van Porto. |
Een haventje te midden van typisch Corsicaanse natuur. |
|
|
Op de boot wapperde een trotse Corsicaanse vlag. |
We vaarden richting de zee langs een lange geul, bewoond aan beide zijden. |
|
|
Onmidellijk nadat we de geul uitgevaren waren, de zee op, werden we stil van de indrukwekkende rots kliffen. |
Nog een privé strandje en te huren huisjes. |
|
|
Je kijkt met ontzag rondom rond. De wind door de haren op een rustige zee. |
De kapitein gaf gas, want het mooiste moest nog komen. |
|
|
Door eeuwen gebeuk van het zeewater ontstonden er diepe grotten. |
Of het nu kleine rots eilandjes of de gigantische wanden met doorkijkopeningen, het geheel liet continue je adem stokken. |
|
|
Op het einde van de baai lag de zandkorrel. Net een stukje afgebroken van het eilandje. |
Op één van de rotsen heeft een voor de Corsicaan onbekende vogel een nest gebouwd. De vogel komt elk jaar terug en maakt een nieuw nest bovenop het vorige. |
|
|
Op de terugweg klaterde het water tegen de rotsen. Een constante kracht om te eroderen. |
Na een uurtje vaarden we opnieuw de geul in richting Porto. Even Titanicen. Een tocht om nooit meer te vergeten. |
|
|
Hop! Terug de bus op en verder richting Ajaccio. |
Al snel reden we door de Calanche de Piana, beschermd UNESCO wereldgoed. Door erosie werden er prachtige sculpturen gevormd uit de rode graniet rotsen. Je ziet mensen, voorwerpen en dieren. Op één foto zie je op de rotspunt een bisschop met mijter en staf. |
|
|
Toen begon het te regenen. Nogal fel en daarom beslisten we om niet te stoppen in Cargése om de tegen over elkaar liggende Latijnse en Griekse kerken te bezoeken. Ver zicht van aan de bus. |
Hotel Castel Vechio was een resort van diverse gebouwen. Prachtig gelegen aan het strand. |
|
|
Op televisie volgde ik de film "De ZOO van Varsevie" omdat ik Johan Heldenberg herkende. Varsevie bleek Warschau te zijn en tijdens de oorlog werden in de verlaten ZOO honderden Joden verborgen. Origineel noemt de film "The Zookeepers wife" Het was de directeur en zijn vrouw die de redding van vele mensen organiseerden. |
Dag 4 - Dinsdag 22 mei 2018
In de voormiddag volgden we een geleid bezoek door de geboortestad van Napoleon en Tino Rossi. Ajaccio! Bij aanvang dachten we dat het een regenbezoek zou worden. |
|
|
Onze gidse Paoli bleek standaard gebriefd. Ze vertelde over de geschiedenis van Ajaccio en natuurlijk over de familie Bonaparte. |
Na haar welkomstwoord trokken we naar het oude centrum war we de prefectuur ontdekten en wandelden door de rue de Napoléon. |
|
|
Het was leuk om de lokale Corsicanen in hun bezigheid te begluren. Voor hen toch in een grootstad. |
Op de centrale marktplaats, ook hier weer alle aandacht naar de glorierijke strijders uit het verleden. |
|
|
Vandaag wordt het echt duidelijk. Elke belangrijke plaats op Corsica ontstond in en naast een Citadel op hoogte. Een zacht glooiende wandeling. |
Halverwege stootten we op een borstbeeld van Pascal Paoli ... die hier zou gewoond hebben. |
|
|
Vandaag was de citadel militair domein. Je kon daarom enkel de buitenkant bewonderen. De diepe en brede geul tussen wall I en II herkenden we van bij onze forten. |
Vlak naast de citadel uiteraard de kerk. Hier de kerk van de Heilige Maria van Barmartigheid. De beschermheilige voor de plaatselijke vissers. Prachtig en modern orgel. |
|
|
Traditioneel brandden we hier kaarsjes in navolging van de bomma. |
Mooi zicht op de zee trouwens. |
|
|
Daar was dan het geboortehuis van Napoleon. Het gezin Bonaparte slaagde er in om naargelang het gezin uitbreidde meer en meer kamers en verdiepingen in te palmen. |
Druk verkeer. Veelal op scooters. Op de "Place Général de Gaulle" opnieuw een standbeeld ter ere van de familie Bonaparte. Hijzelf te paard en zijn broers rondom. Jozef, Lucien, Lodewijk en Jérôme. De zusters van Napoleon, Elisa, Pauline en Elisa, waren minder heraldiek, maar maakten geschiedenis door hun adellijke posities binnen Europa. |
|
|
Toevallig werden vandaag oud strijders gevierd. Dat was voor wat later op de dag, maar ik kon toch kennis maken met Floran Charlier die in Afghanistan had gediend. |
Kuieren tot in de haven met bijzondere plaatselijke figuren |
|
|
Tijdens ons bezoek aan het lokale marktje, had onze gids Eric even de tijd om te herbronnen. |
Al dat lekkers maakte ons honerig en we keken uit naar de lunch. |
|
|
Na de lunch naar de Pace d' Austerlitz waar een prachtig beeld van Napoleon de plaats domineert. Bekijk het vanuit diverse hoeken. |
De aansluitende wandeling langs de kust wou ons verleiden om een klein pad te bewandelen, weg van de groep. Dat kon echter geen uren duren want het schema moest gevolgd worden. |
|
|
Het begon opnieuw te regenen, maar even buiten Ajaccio wilden we zeker de oudste Genuese brug niet missen. Een steil padje middenin de bossen leidde er naartoe. Onder de brug kolkte het water. Gorge de Prunelli. |
Het regende fel, hier de bewijzen. We reden naar de Gorges de Tolla. Door de bosrijke omgeving. |
|
|
Boven de Barrage de Tolla hielden we halt om te genieten van het uitzicht. Op dat moment speciaal voor ons geen regen. |
De afdammingen waren aan de rivier Prunellie opgebouwd om waterkrachtcentrales voor de productie van elektriciteit mogelijk te maken. |
|
|
Verder en opnieuw even regen tot aan een typische Corsicaanse taverne in Tolla. |
We zijn in Tolla, liggend in Corsica-Sud met 98 inwoners op 25 Km². Eén van de 98 is slecht te been geworden en stouwt zijn drie auto's met actieve nummerplaat vol met afval die op een containerpark thuishoort. |
|
|
In dit oude cafeetje uiteraard moderne Pietra Lekker. De Corsicaanse klanten hadden nog niet gehoord van een rookverbod. |
De oude, overdekte wasplaats trok de aandacht. Rotswater om te vullen, afwatering terug naar de rivier. |
|
|
Weinig te beleven op de terugreis naar Ajaccio. Avondmaal en genieten van de omgeving. |
Dag 5 - Woensdag 23 mei - Ajacchio - Porto Vecchio
Vandaag rijden van de west- naar de oostkust, dwars door Corsica. Eerst nog naar de kust van de regio Sartène |
|
|
Mooi zicht op de baai. |
In Sartène nog heel wat ambachtslui. |
|
|
Place de la libération |
l'Eglise de Sainte Marie met het zware houten kruis dat jaarlijks in de processie gedragen wordt |
|
|
De oude wijk Sint Anna rond de kerk was zeer bijzonder en pittoresk. Een paar honderd jaar terug in de tijd. |
Verder met een korte stop in Zonza waar Pasquali Paoli sterk vereerd werd. |
|
|
Even verpozen en enkele leuke |
Op weg naar de Col de Bavella valt het op dat in het zuiden de flanken kaler worden. |
|
|
Tijdens de route naar de Col de Bavella lagen enkele mooie dorpen. |
Weilanden met kastanjebomen en hogerop opnieuw meer rotsen. |
|
|
Col de Bavella. Hoog en adembenemend mooi. |
Rustige, wilde natuur. Niet voor niets de start van de G20 |
|
|
Tenminste als er geen wild varkens passeerden. |
Bezinningsvolle stilte, constant in bewondering. |
|
|
Stukje van de GR20 beklimmen. |
De GR20 voorbeelden |
|
|
Deze GR20 beelden smeken om langs te komen. Doen in 2019?? |
Middagmaal in authentiek restaurant, maar met veel te veel poverella. Blijkbaar niets voor Vlamingen. 99% overschot. Als je op Internet intikt krijg je foto's van allerlei pasta gerechten. Mogelijk was hier bij ons de pasta tot moes geplet. Niet te eten. |
|
|
Na de maaltijd even snel afgedaald naar de site voor de stappers op de GR20 |
Verder richting Porto Vecchio. We maakten nog halt aan Lac l'Ospédale. Ook een indrukwekkende stuwdam te midden de woeste natuur. Hei Eric, wat durf jij? |
|
|
In de verte zagen we de baai van Porto Vecchio |
Blijkbaar veel en sterke oostenwind. |
|
|
Ohla! Zandstrand! |
Ons hotel Maquis et Mer lag in Solenzara, iets ten noorden van Porto Vecchio. Een typisch vakantiehotel aan de kust. |
|
|
We waren vrij vroeg en dat gaf ons de kans om rustig naar het haventje te wandelen. Daar werd het een moeilijke keuze om ons bootje uit te kiezen. Uiteindelijk! |
Even piepen over de kademuur. Mooi baaistrand dat dringend moest ontdekt worden. |
|
|
Mooi groen en voeten in het koude zeewater. |
Mooi strand naast de jachthaven |
|
|
Nagenieten op ons balkonnetje. |
Het avondmaal werd wat verderop opgediend in hotel La Caravelle. Beetje op elkaar gepakt, maar ezellig en zeker toen spontaan Corsicaanse liederen werden gezongen. A capella! |
|
Dag 6 - Donderdag 24 mei - Porto Vecchio en Bonifacio
|
's Ochtends werden we wakker met heerlijk zwaluw gekrijs in de buitenlucht. Hebben we er op Corsica geen duizend horen tjirpen dan waren het er nog meer. Gezwind stapten we allen de bus op en reden we langs de kust tot in Bonifacio. |
Bonifacio heeft de naam van de schoonste stad te zijn van Corsica. Onze monden vielen dan ook bijna open toen we aan de haven de bus verlieten. |
|
|
We stapten onmiddellijk op een plezierboot die langs de prachtige kustlijn zou varen. |
Langs de vaargeul zagen we mooie, originele woningen en de citadel boven. |
|
|
Zeer mooie vaargeul! |
Prachtige witte graniet rotsen. Bovenop de voormalige kazerne van het Vreemdelingenlegioen. |
|
|
Spreekt voor zichzelf. Wonderbaarlijke natuur. |
Binnenin een grot met open dak in de vorm van Corsica. |
|
|
Even live binnenvaren |
We vaarden verder naar links tot aan de vuurtoren ... |
|
|
... om in snelvaart naar de rechterzijde van de vaargeul op te zoeken. |
In deze kleine lagune zag het water groen, kon je de algen op de bodem zien en zwemden zwermen vissen om ons heen. |
|
|
Prachtige kustlijn euh .... op de achtergrond |
We vaarden terug langs de kliffen en grotten. |
|
|
Bij het binnenvaren zagen we de prachtige citadel site bovenop de klif liggen. |
De trap van de koning van Aragon tekent zich duidelijk af. De legende beweert dat de 187 treden in één nacht zijn uitgehakt. Dit is gebeurd tijdens de Aragonese belegering in 1420. Het is alleen waarschijnlijker dat de trap al eerder is aangelegd. Volgens kenners gaf hij eigenlijk toegang tot een bron met goed drinkwater. |
|
|
Terug de haven binnen, achtervolgd door een ferry. |
Aansluitend gingen we de citadel site bezoeken. We hoefden spijtig genoeg niet te voet naar boven, maar stapten op een toeristentreintje. |
|
|
We treinden langs de zijmuur van Propiano en de kazerne van het Vreemdelingenlegioen. |
De smalle straatjes van de binnenstad straalden middeleeuws. |
|
|
Middenin,de kathedraal Sancte Joannes Baptista. Met een beeld van zijn onthoofding. Salomé staat klaar met een bord om het hoofd er op te leggen. Salomé was de dochter van een zekere Herodias. Die had haar man verlaten en leefde samen met Herodes, de koning van Galilea. Johannes de Doper veroordeelde deze onwettige relatie, wat Herodias zeer beledigde. Toen Salomé danste op Herodes’ verjaardagsfeest mocht zij als dank een geschenk uitkiezen. Herodias stookte het meisje op om het hoofd van Johannes te vragen. Daarop liet Herodes Johannes onthoofden. |
Vanaf een klein terras zagen we terug het deel van de zee waar we daarstraks nog over vaarden. |
|
|
Authentieke houten deuren en een auberge de Corse |
Bonifacio is de stad waar Napoleon opgroeide. Hier het huis waarin hij geboren werd. De familie kocht eerst de benedenverdieping en na verloop van tijd en het zakelijk succes dat zij oogsten konden zij het ganse gebouw aankopen. |
|
|
Vlakbij was er de kerk van de heilige Dominique met daarin een gekruisigde Christus gemaakt uit zwart hout. |
Spijtig maar er was geen tijd om de trap van Koning Aragon af te dalen. |
|
|
We namen we uitgebreid de tijd om het kerkhof Propiano te bezoeken. Algemeen heel mooi onderhouden met middenin een groene zone met de graven van gesneuvelden. |
Terug bergaf, de bus op en naar Porto Vechio. Mooi strand en haven. Vooral gericht op verhuur van boten, waterscooters, edm. Er wordt hier heel veel aan watersprot gedaan, incl. duiken. |
|
|
Porto Vecchio is het meest gemoedelijke bad stadje van Corsica. |
Er was nog even tijd voor een korte rustpauze |
|
|
Richting bus kwamen we ook hier langs een verzorgd kerkhof. |
Niet te geloven. Vorige zaterdag kocht ik in station Berchem nog een krant. De tijd ontbrak om er in te lezen. Vooraf aan het avondmaal hadden we nog wat tijd en ik sla de krant open. Daarjuist waren we in Bonifacio. |
|
|
Voor het avondmaal trokken we naar hetzelfde restaurant als gisteren, maar nu was er voldoende plaats op het terras. Heel leuk! |
Dag 7 - Vrijdag 25 mei - Terug naar Bastia
In de verte zagen we hoge toppen bedekt met sneeuw. Onze chauffeur Vincent kende nog een mooie plek om even uit te stappen. Een oude brug die niet meer in gebruik was. Wat verder lag de nieuwe snelweg. |
|
|
Even fotootje van onszelf. |
Bijzonder en vele zwaluwnesten. |
|
|
We rijden verder langs de Tyrheense Zee en rijden naar Corte dat in het hart ligt van een spectaculair berglandschap. Met een toeristisch treintje rijden we naar de bovenstad. Aan de universiteit worden we even vragend bekeken. |
Eerste wandeling is naar het nationaal museum. |
|
|
We wandelen een hele tijd langs karakteristieke huizen en door even karakteristieke straten tot aan de citadel. |
Er werd vandaag aandacht besteed aan de brandweer met een speciale mis voor hen. |
|
|
Generaal Jean-Pierre Gaffori, geboren in Corte, was hier zeer geliefd tijdens zijn periode van leiderschap over Corsica. Hij stierf jong (1704-1753). Hij werd neergeschoten in een hinderlaag in Corte. Onder zijn bewind ontstond vrede binnen en buiten de citadel. |
Ook zijn echtgenote Faustia Gaffori was een heldin. Zij ging in de 18de eeuw mee de legende in doordat ze de soldaten commandeerde hoe de vijandige Genuesen aan te vallen in de citadel omdat zij hun jonge zoon gijzelden. Ze onderscheidde zich ook door weerstand te bieden tegenover een aantal mannen die haar huis binnendrongen. Toen men over overgave begon dreigde zij moedig en met een fakkel boven een vat vol dynamiet poeder, alles op te blazen als de vijand niet snel verdween. Wat ze ook deden. |
|
|
De kern van Corte is zeer pittoresk en authentiek. Een weetje is dat het kadastraal inkomen bepaald wordt door de uitstraling van de buitengevels. |
Van op de citadel heb je een ver zicht over gebouwen midden de natuur |
|
|
Aandenken |
Heel wat leven rondom de centrale plaats en Pascal Paoli stond er ook weer. |
|
|
Echte Corsicanen profiteren graag van het goede weer. |
Voor de lunch reden we de natuur in, naar hotel Arena |
|
|
Vlak naast een snel lopende, kolkende rivier, badend in een sterke zon. Prachtige omgeving. |
Zalig, rustgevend geluid. |
|
|
Mooie plek om leuke foto's te maken. Dit zijn Jef en Nellie ; reisgenoten en reisleider Eric |
Genieten van een watertuin |
|
|
Allemaal onder het goedkeurend oog van ... |
Verder naar Bastia werd terug meer en meer maquis. |
|
|
We hielden nog even halt aan een voortuin die volledig bezet werd door een mini Corsicaans dorp. |
|
Wat verder een stuk gebombardeerde middeleeuwse brug. |
Te midden van een door de zon gebakerde omgeving |
|
|
Doch niet zonder leven. |
Mooie bloemen in de wei !!! |
|
|
We waren vrij snel terug in het hotel "Chez Walter" vlak bij Bastia en konden nog wat van het buitenleven genieten. |
Hoog in de lucht een prachtige arend. |
|
|
Alleszins mooi en verzorgd hotel |
Dag 8 - Zaterdag 26 mei - Bastia - Brussel
Pas vanavond rond 8 uur stijgen we op. Deze laatste dag kunnen we dan ook nog invullen met een bezoek aan Bastia. We rijden tot aan de Place Saint-Nicolas. |
|
|
Aan het centrale standbeeld ter nagedachtenis van de door de eeuwen heen gesneuvelden in het belang van Corsica, hebben we onze Frami-steen achtergelaten. |
Het was zaterdag en vandaag startte op het plein een rally voor old timers. |
|
|
Vlakbij vaarde de ferry voorbij. |
Even proeven van het straatleven in Bastia |
|
|
Echt goedkoop zijn de appartementjes hier ook niet! |
Wederom bracht een treintje ons naar de citadel. |
|
|
Tijdens WO II was Bastia de perfecte berghaven voor de Duitse duikboten. De gevels van vele huizen vertonen nog kogelinslagen uit die tijd. |
Binnen de muren van de citadel heel wat plaats voor groen en mooie uitzichten |
|
|
Wat was dat nu weer van dat kadastraal inkomen?? |
Een zeer gedreven plaatselijke gids leidde ons rond binnen de Citadel |
|
|
Binnen de kerk Saint-Jean-Baptiste vertelde de gids ons van de heroïsche gebeurtenissen binnen de citadel. |
De heuvel waarop de citadel gebouwd werd had uiteraard zijn eigen vorm. Het indrukwekkende complex werd gebouwd door de Genuezen. In de jaren 80 werden de gevels gerestaureerd en kregen ze hun pastelkleur terug. Zo geniet je vandaag van de bijzondere utstraling. De citadel is nog omgeven door de originele wallen. Gans de citadel werd in detail gepland. |
|
|
Er werd aandachtig geluisterd en rondgekeken tot de gidsen van elkaar afscheid namen. |
Op een binnenpleintje waren een aantal acteurs hun rol aan het inoefenen. |
|
|
Hun stemmen galmden over het plein. |
Het leuke treintje bracht ons terug naar beneden. De fiscus maakt hier niet veel winst. |
|
|
Er was nog ruim de tijd om zelf wat te ontdekken en nog wat cadeautjes te kopen voor HaLiJa. Destillerie Mattei levert wereldwijd bijzonder gedestilleerde producten. |
Ja nog een kerk, maar hier heeft één van mijn boegbeelden ooit een viering voorgegaan. |
|
|
Nog even iets hoger en door een een ouder gedeelte wandelen. Die regenpijp lijkt die van onze buurvrouw Nieke wel. |
We daalden af langs de havenkant en werden sportief verrast. |
|
|
In hun haantjesgedrag om indruk te maken op enkele jonge meisjes werden ze waaghalzen. |
Nog even langs het centrum over de Place de Marché, waar we deze mooie fontein vonden. Zou ze Jeanneke noemen? |
|
|
Even onze stempel achterlaten. :) |
Nog een laatste Pietra ... |
|
|
... dan de bus op, vliegtuig op en terug naar Brussel |
Een beetje onrealistisch om na zo'n korte vlucht terug in een andere wereld te komen. Aansluitend met de taxi tot thuis. |
|
Hier gaan we nog jaren van dromen !!!! Mooie reis.
Corsica in een notendop begeleidt met plaatselijke zang van Muvrini. |
|
|
Omdat het zo mooi gezongen wordt, het verhaal van twee Corsicaanse broers die beloven om steeds klaar te staan voor de dochter van hun pas overleden broer. |
Het is zeer duidelijk. Corsicanen zijn per vandaag nog zeer gelovig. We mochten het niet meemaken, maar jaarlijks zijn er over gans Corsica tot 100 processies ter aanbidding van Heiligen algemeen of patroonheiligen in het bijzonder. Daarom nog deze beelden. |
|
Filippo Antonio Pasquale de Paoli
(Morosaglia, 6 april 1725 – Londen, 5 februari 1807) was een Corsicaans patriot en leidde het eiland gedurende 14 jaar (van 1755 tot 1769). Pascal of Pasquali Paoli was de vader van het Corsicaanse nationalisme. Hij leefde 47 jaar in ballingschap.
Paoli ontving zijn opvoeding in Napels, waar zijn vader in ballingschap leefde. Hyacinth de Paoli was minister geweest onder de eerste en enige koning van Corsica, Theodor von Neuhoff (1736).
Pascal keerde in april 1755 terug naar Corsica om de leiding in het verzet tegen Genua op zich te nemen. De vader van Napoleon Bonaparte, Carlo Maria Buonaparte, assisteerde hem daarbij. Op 13 juli 1755 werd hij benoemd tot 'generaal van de Natie'. Het lukte Paoli een groot deel van het eiland van het Genuees gezag te bevrijden, waarna hij een bestuur op democratische grondslag inrichtte gebaseerd op de theorieën van Montesquieu: met scheiding der machten en volkssoevereiniteit. Als "generaal van de Natie" nam hij zelf de uitvoerende macht in handen. Deze verlichte leider van een weinig ontwikkeld eiland sprak tot de verbeelding van heel Europa. Jean-Jacques Rousseau en Voltaire schreven lovend over hem. James Boswell publiceerde een verslag over zijn bezoek aan het eiland en werd op slag beroemd. Paoli maakte van Corte de hoofdstad en richtte er een universiteit op.
De Genuezen bleven nog steeds op het eiland, maar waren verzwakt en vroegen hulp aan Frankrijk. Genua verkocht het eiland aan Frankrijk in 1768 voor tweehonderdduizend pond (Verdrag van Versailles). Nadat Frankrijk het eiland had bezet, organiseerde Paoli het gewapend verzet, maar werd overwonnen bij de slag van Ponte Nuovo (8 mei 1769). Hij vluchtte via Amsterdam naar Engeland om zijn vriend Boswell op te zoeken. De strijd van Paoli voor vrijheid was een inspiratiebron voor de Amerikaanse Sons of Liberty.
Tijdens de Franse Revolutie werd Paoli uitgenodigd om terug te keren. Nadat hij door de revolutionairen in Parijs als een held was ontvangen, vestigde hij zich in 1790 opnieuw op Corsica - nu een Frans departement - waar hij de leiding van het plaatselijk bestuur in handen kreeg. Tot zijn medewerkers van die tijd behoorde de jonge Corsicaanse officier Napoleon Bonaparte. Maar Paoli kreeg het moeilijk met de revolutie toen die steeds radicaler werd. In 1793 mislukte een poging om met een Frans legertje vanuit Corsica het naburige Sardinië te veroveren, omdat Paoli de expeditie heimelijk had gesaboteerd. Als gevolg daarvan eiste de Nationale Conventie in Parijs zijn arrestatie. Paoli ontketende opnieuw een opstand en verdreef met Britse hulp de Fransen uit hun voornaamste steunpunten. Daarbij moest ook de familie Bonaparte vluchten, die zich tegen Paoli had gekeerd. In 1794 stelde Corsica zich onder Brits gezag. Als het zelfstandige Anglo-Corsicaans Koninkrijk kreeg het een eigen grondwet, met de Britse koning George III als koning en de Brit Sir Gilbert Elliot werd onderkoning. Paoli werd echter door de Britten aan de kant geschoven en verliet in 1795 voorgoed het eiland. Een jaar later zou Corsica definitief Frans worden.
Hij vestigde zich opnieuw in Londen en overleed er als balling in 1807. In 1889 werd zijn as overgebracht naar Morosaglia op Corsica.
(Morosaglia, 6 april 1725 – Londen, 5 februari 1807) was een Corsicaans patriot en leidde het eiland gedurende 14 jaar (van 1755 tot 1769). Pascal of Pasquali Paoli was de vader van het Corsicaanse nationalisme. Hij leefde 47 jaar in ballingschap.
Paoli ontving zijn opvoeding in Napels, waar zijn vader in ballingschap leefde. Hyacinth de Paoli was minister geweest onder de eerste en enige koning van Corsica, Theodor von Neuhoff (1736).
Pascal keerde in april 1755 terug naar Corsica om de leiding in het verzet tegen Genua op zich te nemen. De vader van Napoleon Bonaparte, Carlo Maria Buonaparte, assisteerde hem daarbij. Op 13 juli 1755 werd hij benoemd tot 'generaal van de Natie'. Het lukte Paoli een groot deel van het eiland van het Genuees gezag te bevrijden, waarna hij een bestuur op democratische grondslag inrichtte gebaseerd op de theorieën van Montesquieu: met scheiding der machten en volkssoevereiniteit. Als "generaal van de Natie" nam hij zelf de uitvoerende macht in handen. Deze verlichte leider van een weinig ontwikkeld eiland sprak tot de verbeelding van heel Europa. Jean-Jacques Rousseau en Voltaire schreven lovend over hem. James Boswell publiceerde een verslag over zijn bezoek aan het eiland en werd op slag beroemd. Paoli maakte van Corte de hoofdstad en richtte er een universiteit op.
De Genuezen bleven nog steeds op het eiland, maar waren verzwakt en vroegen hulp aan Frankrijk. Genua verkocht het eiland aan Frankrijk in 1768 voor tweehonderdduizend pond (Verdrag van Versailles). Nadat Frankrijk het eiland had bezet, organiseerde Paoli het gewapend verzet, maar werd overwonnen bij de slag van Ponte Nuovo (8 mei 1769). Hij vluchtte via Amsterdam naar Engeland om zijn vriend Boswell op te zoeken. De strijd van Paoli voor vrijheid was een inspiratiebron voor de Amerikaanse Sons of Liberty.
Tijdens de Franse Revolutie werd Paoli uitgenodigd om terug te keren. Nadat hij door de revolutionairen in Parijs als een held was ontvangen, vestigde hij zich in 1790 opnieuw op Corsica - nu een Frans departement - waar hij de leiding van het plaatselijk bestuur in handen kreeg. Tot zijn medewerkers van die tijd behoorde de jonge Corsicaanse officier Napoleon Bonaparte. Maar Paoli kreeg het moeilijk met de revolutie toen die steeds radicaler werd. In 1793 mislukte een poging om met een Frans legertje vanuit Corsica het naburige Sardinië te veroveren, omdat Paoli de expeditie heimelijk had gesaboteerd. Als gevolg daarvan eiste de Nationale Conventie in Parijs zijn arrestatie. Paoli ontketende opnieuw een opstand en verdreef met Britse hulp de Fransen uit hun voornaamste steunpunten. Daarbij moest ook de familie Bonaparte vluchten, die zich tegen Paoli had gekeerd. In 1794 stelde Corsica zich onder Brits gezag. Als het zelfstandige Anglo-Corsicaans Koninkrijk kreeg het een eigen grondwet, met de Britse koning George III als koning en de Brit Sir Gilbert Elliot werd onderkoning. Paoli werd echter door de Britten aan de kant geschoven en verliet in 1795 voorgoed het eiland. Een jaar later zou Corsica definitief Frans worden.
Hij vestigde zich opnieuw in Londen en overleed er als balling in 1807. In 1889 werd zijn as overgebracht naar Morosaglia op Corsica.
Bronstijd
Tijdens de Bronstijd (2000-500 v.Chr.) was Corsica bevolkt met stammen die in krijgerverband leefden: de sterkste stam kon het meeste macht bezitten. De rijkste konden hun dorpen ombouwen in versterkte plaatsten (zoals Filitosa). De cultuur van de stammen op Corsica had veel gemeen met die op Sardinië en de Balearen. Op alle eilanden zijn nuraghe's teruggevonden, waarmee men kan bewijzen dat er enig contact was tussen de eilanden en de stammen op de eilanden waren nooit politiek één. Corsica verschilde wel op één punt sterk met de andere twee: de cultuur op Corsica was laat-Megalithisch, terwijl de anderen tot de Klokbekercultuur behoorden. Dit betekende dat de volkeren op Corsica verder gingen met hun megalithische kunst, zoals de megalithische graven in Settiva en Fontanaccia, terwijl de andere in een verder stadium zaten.
GriekenlandOmstreeks 565 v.Chr. stichtten kolonisten uit Phokaia (Phocaea) een kolonie op het eiland: Alalia (het huidige Aléria) en namen bezit van de naburige gronden. De haven lag op een strategische plaats, op de vaarroute tussen Sicilië en het zuiden van Frankrijk, beiden belangrijke kolonies van de Grieken.
EtruriëLang hield de stad het echter niet uit. In 539 v.Chr. versloegen de Etrusken en de Carthagers tezamen de Grieken voor de kust van Corsica en bezetten het. De kolonie Alalia op de oostkust van het eiland werd een deel van Etrurië.
CarthagoDe Etrusken kwamen echter in aanraking met de Romeinen en konden hun kolonie op Corsica niet behouden en het eiland werd terug onafhankelijk (niet als één land, maar de stammen stonden niet langer onder buitenlandse overheersing). De Carthagers namen de kolonie over in de 4e eeuw v.Chr. en noemden het eiland naar zijn oud-Griekse naam: Kyrnos (Grieks: bosrijk). In 278 v.Chr. nam Carthago ook bezit van de rest van het eiland.
Het is opmerkelijk dat de Grieken, ondanks het feit dat hun kolonie verloren was gegaan, toch de handel van en naar het eiland bleven domineren. Zelfs nadat het Carthaagse leger vanaf 278 v.Chr. op het eiland aanwezig was, konden de Grieken bijna een monopolie uitbouwen in de hout-sector, in honing en hars.
Het Fenicisch-Romeins conflictRome was de nieuwe macht in de Middellandse Zee en de Romeinse en Fenicische (= Carthaagse) belangen botsten op het eiland Sicilië, waardoor de Eerste Punische Oorlog (264-241 v.Chr.) uitbrak. De Romeinen wonnen deze en konden in 241 v.Chr. Sicilia annexeren en in 238 v.Chr. ook Sardinia en Corsica. Deze twee laatste werden de tweede en de derde provincie van het toekomstige Romeinse Rijk.
Rome Zie Corsica (Romeinse provincie) voor het hoofdartikel over dit onderwerp.Bijna 700 jaar lang regeerden de Romeinen over Corsica.
Vandalen en ByzantijnenNet als Sardinië maakte het eiland de grote migraties van het begin van de 5e eeuw goed door, maar net als Sardinië in 455 viel het eiland in de handen van de Vandalen, die vanuit Noord-Afrika opereerden.
In 533 veroverde Belisarius, een generaal van Justinianus I, het Vandalenrijk. In 534 volgde een expeditie, die hem Corsica opleverde, samen met Sardinië en de Balearen. In 551 wist Totila het voor de Ostrogoten te veroveren, maar zijn rijk werd spoedig daarop door Byzantium vernietigd.
Moslims en FrankenOnder leiding van Karel de Grote veroverden de Franken het eiland in 807. Bijna 40 jaar later, in 846, viel het in handen van moslimpiraten, die vanuit Noord-Afrika kwamen. Deze overheersing hield niet lang genoeg stand om de bevolking tot de islam te bekeren; tegen 1000 was Corsica (opnieuw) bezit van het (Frankische) Heilige Roomse Rijk geworden.
GenuaIn het eerste kwart van de elfde eeuw werd Corsica bedreigd door een Arabische invasie. De republieken Pisa en Genua bevrijdden het eiland van de Arabieren, waarna Corsica onder invloed kwam van Pisa. In deze periode kwam een grote immigratie op gang van Toscane naar Corsica. De vandaag bestaande toponymie dateert voornamelijk van deze periode. Het is ook hierdoor dat de lokale taal die gesproken wordt in het noordelijke twee-derden van het eiland nauw aanleunt bij het Toscaans. De huidige tweedelingen van het eiland, met een grens die ruwweg die hoofdkam volgt van Calvi naar Porto Vecchio, dateert eveneens van deze tijd. De noordoostelijke helft van het eiland, vandaag het departement Haute-Corse, En-Deçà-des-Monts (Frans) of Cismonte (Corsicaans) genoemd, komt grotendeels overeen met het toenmalige Bandi di dentro of Cismonte. De zuidwestelijk helft, vandaag het departement Corse-du-Sud, Au-Delà-des-Monts (Frans) of Pumonti (Corsicaans), komt grotendeels overeen met het toenmalige Bandi di fuori in het westen of Pomonte. De Pomonte was bijna geheel onbewoond, wild en veraf van de bewoonde centra.
Pisa werd in 1284 tijdens de Slag bij Meloria echter volledig verslagen door de Republiek Genua die op het toppunt van haar macht kwam. Dit had onder meer tot gevolg dat Corsica onder Genuese invloed kwam. In 1296 kreeg de koning van Aragon echter de investituur over Sardinië en Corsica. De bevolking revolteerde hier echter tegen met de hulp van Genua. In de tijd die volgde werd Cismonte bestuurd als een bond van gemeenschappen (comuni) en kerken, naar de Italiaanse structuur. De volgende 150 jaar was een periode met veel conflicten, waarbij de Genuese heerschappij over Corsica betwist werd door Aragon, door lokale edellieden, door de comuni en door de paus. Dit duurde tot 1450, wanneer Genua het beheer van het eiland overliet aan zijn belangrijkste bank, de Banco di San Giorgio. Dit bracht vrede op het eiland.
In de zestiende eeuw vochten Spanje en Frankrijk om de macht in Italië. In 1553 werd Corsica bezet door een Frans-Ottomaanse vloot, maar Spanje kon, tezamen met Genua de Genuese heerschappij op het eiland herstellen. De Genuezen begonnen de Corsicanen echter te onderdrukken en er werden zware belastingen geheven. In dezelfde zestiende eeuw werd het planten van tamme kastanjes, sterk gestimuleerd door ordonnanties die boeren verplichten elk jaar een bepaald aantal bomen te planten. Dit verbeterde de voedselzekerheid op het eiland. Zo kwam de streek Castagniccia (verwijzend naar de kastanje) in het noordoosten van het eiland in de zeventiende eeuw aan zijn naam.
De Genuezen bouwden tussen 1530 en 1620 een reeks torens langs de Corsicaanse kust om het eiland te beschermen tegen aanvallen van Barbarijse zeerovers. De rustige periode eindigde in 1729 wanneer de Corsicaanse Onafhankelijkheidsoorlog losbrak.
Corsicaanse Onafhankelijkheidsoorlog (1729 - 1769)In 1735 besloot de Consulta van Corti (parlement) dat de Heilige Maria Koningin van Corsica zou worden. Luigi Giafferi, Ghjacintu Paoli en Andria Ceccaldi werden tot Kapitein van de Natie gekozen. De advocaat Costa begon met het schrijven van een grondwet.
Koninkrijk Corsica (1736) Zie Koninkrijk Corsica voor het hoofdartikel over dit onderwerp.In 1736 werd Theodor von Neuhoff uit Duitsland koning Tiadoru van Corsica. Hij bleef echter maar acht maanden aan de macht. Genua wilde Corsica houden en Ghjacintu Paoli probeerde daarom hulp te vinden in Europa, maar kreeg die niet. Hij leefde in ballingschap in Napels, en stierf in 1756 in Londen.
Corsicaanse Republiek (1755 - 1769) Zie Corsicaanse Republiek voor het hoofdartikel over dit onderwerp.In 1755 heeft Genua, ondanks de Franse en Oostenrijkse hulp, alleen maar controle over de presidii: Bastia, San Fiurenzu, Calvi en Bonifacio. Dat jaar wordt Pasquale Paoli, zoon van Ghjacintu Paoli, als kapitein van de Natie gekozen. Pasquale was bevriend met Rousseau, James Boswell en Voltaire. In november 1755 roept hij de Corsicaanse Republiek uit. Hij maakt een democratische grondwet en wordt in heel Europa beroemd: uit ieder pieve wordt er een afgevaardigde gekozen voor de Consulta. Dat parlement kiest dan de Kapitein van de Natie (Capu Ginarale di Statu). Corte wordt de hoofdstad. Paoli opent onder andere een universiteit (in 1765), en laat zijn eigen munt (a zecca) maken. Corsica krijgt zijn vlag en zijn hymne: Dio Vi Salvi Regina. Het land heeft Nederlandse en Engelse steun. In 1758-59 sticht Paoli de stad en haven L'Île-Rousse, als tegengewicht voor het door Genua bezette Calvi.
In 1768 is Genua radeloos en roept Frankrijk te hulp met het Verdrag van Versailles, waarbij het eiland in pand gegeven wordt aan Frankrijk. Frankrijk stuurt invasietroepen naar het eiland. Eerst worden deze verslagen door de legers van Paoli op het slagveld bij Borgo op 6 oktober 1768. In 1769 (geboortejaar van Napoleon Bonaparte) neemt Frankrijk de havens en de vestingen van het eiland onder controle. In mei 1769 worden het Corsicaanse leger verslagen door de Franse troepen bij de slag bij Ponte Novu. In 1770 wordt het eiland een Franse provincie en tot aan de Franse Revolutie wordt het beschouwd als persoonlijk bezit van de koning.
FrankrijkHet werd de tijd van de vendetta's die schrijvers als Prosper Mérimée inspireerden en die het beeld van het eiland nog steeds beheersen.
In 1789-90 wordt de provincie opgeheven en wordt Corsica een departement. In 1793 wordt het departement gesplitst in het departement van de Golo (noordwesten, met Bastia als hoofdplaats) en dat van de Liamone (zuidwesten, met Ajaccio als hoofdplaats). In 1811 werden beide departementen opnieuw samengevoegd met Ajaccio als hoofdstad. De Franse taal werd ingevoerd en het Corsicaans verdween naar de achtergrond.
Sinds 1975 is Corsica weer verdeeld in twee departementen: La Haute Corse (2B) met Bastia als hoofdstad en prefectuur en La Corse du Sud (2A), met Ajaccio als hoofdstad en prefectuur. De grens tussen beide departementen loopt gelijk met die tussen de Golo en de Liamone, met één verschil. De streek Niolo, die in het stroomgebied van de Golo-rivier ligt, behoorde niet tot het departement van de Golo tussen 1793 en 1811 maar tot dat van de Liamone. Sinds 1975 volgt de grens een meer natuurlijk verloop over de hoofdkam van het eiland langs de Col de Vergio.
In 1981 werd de Universiteit van Corse, gesloten in 1768, opnieuw opgericht.
Napoleon Bonaparte
15 augustus 1769 – 5 mei 1821
was een Frans generaal en dictator tijdens de laatste regeringen van de Franse Revolutie. Als Napoleon I was hij van 2 december 1804 tot 11 april 1814 keizer der Fransen. Van 17 maart 1805 tot 11 april 1814 was hij ook koning van Italië, een staat die niet het hele Italiaanse schiereiland omvatte en van 1806 tot 1813 beschermer van de Rijnbond. Zijn juridische hervorming, de Code Napoléon, had een grote en blijvende invloed op het recht in vele landen, o.a. in Nederland en België. Hij wordt eveneens herinnerd voor zijn rol in de naar hem genoemde Napoleontische oorlogen en voor de titel van keizer die hij aannam. Het lukte hem tijdelijk een groot deel van Europa onder Frans gezag te brengen.
Napoleon werd op Corsica geboren. Zijn vader was van adellijke afkomst. In de jaren voor de Franse Revolutie werd hij op het vasteland van Frankrijk tot artillerieofficier opgeleid. Bonaparte kreeg onder de Eerste Franse Republiek bekendheid. Hij wist de Eerste en Tweede Coalitie tegen Frankrijk te verslaan. In 1799 pleegde hij een staatsgreep, waarna hij zichzelf als eerste consul installeerde. In 1804 liet hij zich tot keizer van Frankrijk uitroepen. Na een serie van overwinningen slaagde Frankrijk er in om continentaal Europa te domineren. Bij de handhaving van de Franse invloedssfeer maakte Napoleon gebruik van allianties, waar hij familieleden in machtsposities in andere landen benoemde om daar als Franse vazallen te heersen, zoals Lodewijk Napoleon in het Koninkrijk Holland.
De veldtocht van Napoleon naar Rusland in 1812 was een keerpunt. Zijn Grande Armée werd gedecimeerd en in 1813 versloeg de Zesde Coalitie Napoleon in de Slag bij Leipzig. In 1814 viel de Coalitie Frankrijk binnen en werd hij tot aftreden gedwongen en verbannen naar het eiland Elba. In februari 1815 keerde hij terug naar Frankrijk en greep voor Honderd Dagen (1815) opnieuw de macht, maar in de Slag bij Waterloo leed hij een zware nederlaag. Daarna bracht hij zijn laatste jaren in Britse gevangenschap op het eiland Sint-Helena door. Volgens een autopsie stierf hij aan maagkanker.
15 augustus 1769 – 5 mei 1821
was een Frans generaal en dictator tijdens de laatste regeringen van de Franse Revolutie. Als Napoleon I was hij van 2 december 1804 tot 11 april 1814 keizer der Fransen. Van 17 maart 1805 tot 11 april 1814 was hij ook koning van Italië, een staat die niet het hele Italiaanse schiereiland omvatte en van 1806 tot 1813 beschermer van de Rijnbond. Zijn juridische hervorming, de Code Napoléon, had een grote en blijvende invloed op het recht in vele landen, o.a. in Nederland en België. Hij wordt eveneens herinnerd voor zijn rol in de naar hem genoemde Napoleontische oorlogen en voor de titel van keizer die hij aannam. Het lukte hem tijdelijk een groot deel van Europa onder Frans gezag te brengen.
Napoleon werd op Corsica geboren. Zijn vader was van adellijke afkomst. In de jaren voor de Franse Revolutie werd hij op het vasteland van Frankrijk tot artillerieofficier opgeleid. Bonaparte kreeg onder de Eerste Franse Republiek bekendheid. Hij wist de Eerste en Tweede Coalitie tegen Frankrijk te verslaan. In 1799 pleegde hij een staatsgreep, waarna hij zichzelf als eerste consul installeerde. In 1804 liet hij zich tot keizer van Frankrijk uitroepen. Na een serie van overwinningen slaagde Frankrijk er in om continentaal Europa te domineren. Bij de handhaving van de Franse invloedssfeer maakte Napoleon gebruik van allianties, waar hij familieleden in machtsposities in andere landen benoemde om daar als Franse vazallen te heersen, zoals Lodewijk Napoleon in het Koninkrijk Holland.
De veldtocht van Napoleon naar Rusland in 1812 was een keerpunt. Zijn Grande Armée werd gedecimeerd en in 1813 versloeg de Zesde Coalitie Napoleon in de Slag bij Leipzig. In 1814 viel de Coalitie Frankrijk binnen en werd hij tot aftreden gedwongen en verbannen naar het eiland Elba. In februari 1815 keerde hij terug naar Frankrijk en greep voor Honderd Dagen (1815) opnieuw de macht, maar in de Slag bij Waterloo leed hij een zware nederlaag. Daarna bracht hij zijn laatste jaren in Britse gevangenschap op het eiland Sint-Helena door. Volgens een autopsie stierf hij aan maagkanker.